Ouders van vroeger hadden het makkelijker dan ouders van nu
Een kwart van de Nederlandse ouders vindt dat hun ouders het een stuk makkelijker hadden als opvoeders dan zijzelf. Redenen? Er zijn meer issues om rekening mee te houden, en door de verschillende meningen op social media zien veel ouders door de bomen het bos niet meer. Dit blijkt uit een onderzoek dat Ouders van Nu hield vanwege haar 50-jarig bestaan.
Voor het onderzoek zijn vragen uit lezersonderzoeken uit 1967 opnieuw voorgelegd aan ongeveer 1200 Ouders van Nu-lezers. ‘In de 50 jaar dat Ouders van Nu bestaat, is er natuurlijk veel veranderd wat betreft opvoeden en issues waarmee ouders te maken krijgen. Toch kun je stellen dat onze normen en waarden rondom opvoeden in de basis gelijk zijn gebleven en lijken ouders van toen en nu best veel op elkaar,’ aldus Hilde Tholen, Hoofdredacteur van Ouders van Nu. Hieronder de meest opmerkelijke overeenkomsten en veranderingen.
Niets veranderd
Billenkoek In de jaren ’70 was een tikje nog heel gewoon. Tegenwoordig is dat anders. Een kind sla je niet. Punt. Maar dan de corrigerende tik; dat gebied is wat grijzer. Want die heeft 71% van de ouders in 2017 weleens uitgedeeld.
Normen en waarden We geven onze kinderen nog steeds graag hetzelfde mee. Zowel in 1967 als in 2017 staan eerlijkheid, behulpzaamheid en zelfstandigheid hoog in het vaandel. Creativiteit en warmte stonden in 1967 nog wel in de top-10 van belangrijke eigenschappen. Deze zijn nu vervangen door zelfbewust en gevoel voor humor.
Andere ouders Terwijl 84% zich irriteert aan het gedrag van andere ouders, is er slechts een kwart die weleens feedback geeft op de opvoedpraktijk van andere ouders. Vroeger gebeurde dit zo goed als niet.
Eten wat de pot schaft In 1970 at 63% elke dag op een vast tijdstip samen aan tafel en verliet je de tafel pas als je bord leeg was. Helemaal mee eens, zeggen we in 2017 (64%).
Nee is nee Gemiddeld geven we onszelf tegenwoordig een 7,4 voor consequent zijn. Je zou denken: in de jaren ’70 was vrijheid, blijheid in en waren geboden ouderwets. Niets is minder waar. Sterker nog: als het op opvoeden aankomt, zijn we door de jaren heen altijd wel een beetje autoritair. ‘Omdat ik het zeg,’ dus. Punt.
Typisch toen en nu helemaal anders
Laat maar huilen Onder het mom van ‘Goed voor jongetjes’ lieten we onze kinderen met een gerust hart huilen in het bedje. Nu vindt 59% dat huilen mag, maar wel maar heel even.
Snoepje voor het slapengaan Tegenwoordig let de helft van de ouders streng op suiker, terwijl in 1970 nog geloofd werd dat kinderen beter sliepen als ze wat suiker op hadden.
Leer je beheersen Tweederde van de ouders in de jaren ’70 vond dat kinderen zich in een boze bui niet mochten uitleven. Tegenwoordig vinden we dat kinderen mogen uitrazen (73%), vinden we straffen twijfelachtig en hebben we het over gewenst gedrag en positief opvoeden (25%).
Karweitje in huis? Kind aan de bak! Althans, in de jaren ’70. Toen hielpen zowel jongens als meisjes (72%) mee in de huishouding. Nu is dat nog maar 54%.
Oorlogsspeelgoed 39% van de ouders in de jaren ’70 wilde geen speelgoedpistolen,
-zwaarden en ander geschut in huis. Tegenwoordig vindt 33% deze vraag niet relevant. In 1970 was dat 0%.
Gezond voor elk In de jaren ’70 hoorde een glas melk bij de dagelijkse routine, want melk was goed voor elk. Tegenwoordig vermijdt 7% van de hoogopgeleide ouders melkproducten.
Moeder aan het roer Opvoeden was de taak van de moeder, terwijl 75% van de ouders in 2017 vindt dat ook anderen zoals opa’s en oma’s verantwoordelijk zijn voor de opvoeding.
Baas over het scherm Smartphone, iPad, Netflix. Vroeger had je daar als ouder weinig mee van doen, domweg omdat het er niet was. Wat er wel was in de jaren ’70? Een beetje televisie. 59% van de ouders bepaalde waar-ie op stond. Tegenwoordig valt er zo veel te zien, dat ouders alleen opzetten wat zij geschikt achten (92%).